Unit |
Beschrijving |
Functie bij |
Module 1 -
Vervallen |
|
|
Module 2 -
Druk sensors |
Bevat twee sensors een
onderdruk sensor en een vaccumsensor |
Vluchtbesturing |
Module 3 -
Versnellings sensor |
Bevat een
versnellingssensor |
Vluchtbesturing |
Module 4 -
Vervallen |
|
|
Module 5 -
Vervallen |
|
|
Module 6 -
Flight Control Processor (FCP) |
Doet de
vluchtbesturing met behulp van een Finite State Machine |
Vluchtbesturing |
Module 7 -
Pyro Drivers |
Stuurt de pyrosystemen
aan boord aan |
Vluchtbesturing |
Module 8 -
Voeding |
Voed alle elektronica,
met uitzondering van de zender |
Vluchtbesturing |
Module 9 -
SAT main en SAT Pyro |
Safe Arm Test
connector, Maakt het mogelijk de raket te testen en op scherp te
stellen (armen) |
Vluchtbesturing |
Module T - Testbox |
Testbox, wordt
gebruikt om de raket te testen. Simuleert de hoogterecord vlucht |
Grond |
Module 20 -
GPS |
Bevat een GPS zodat de
GPS coordinaten (positie en hoogte) naar de grond kunnen worden
verzonden |
Downlink |
Module 21 -
Zender |
Zendt videobeelden van
de vlucht naar de grond. Via de geluidskanalen wordt de data
meegezonden |
Downlink |
Module 22 -
Power connector |
Schakelt de
zendervoeding aan |
Downlink |
Module 23 -
Zendervoeding |
Bevat een voeding voor
de zender |
Downlink |
Module 24 -
Ontvanger |
Generieke module voor
drie ontvangers |
Grond |
Module 25 -
GPS scherm |
Laat de positie van de
rake, geprojcteerd op de grond, zien |
Grond |
Module 26 -
Flight Control scherm |
Geeft informatie over
|
Grond |
Module 27 -
Discriminator |
Selecteert het
sterkste ontvangstsignaal |
Grond |
Module 28 -
Schotelbesturing |
Bestuurt de
volgantenne (schotel). Op basis van het ontvangen GPS-signaal wordt
de schotel gericht. |
Grond |